Onderwijs in de gemeente Hingene

Vrije Bewaar- en Meisjesschool Eikevliet (1917-1975) Op 25 augustus 1917 werd unaniem besloten een nieuwe kleuterschool in Eikevliet aan te nemen. Naast de gemengde gemeentelijke school kwamen er eindelijk een kleuterschool en een meisjesschool . De onderwijzeres kreeg een jaarwedde van 600 frank. Op 30 oktober 1917 richtten de Zusters van Vorselaar een bewaar- en meisjesschool op in Eikevliet, ondersteund door de families d’Ursel en de Virieu , Henri Thielemans , pastoor Blocquaux en Joanna De Smet . Zuster Liboria en later zuster Everardine reisden dagelijks van het klooster in Wintam naar Eikevliet om de kinderen op te vangen. Het eerste kleuterklasje bevond zich in de woning van Joanna De Smet en haar tante weduwe Pauwels . Andere locaties voor leslokalen waren een ruimte in het molenhuis , een lokaal in de brouwerij Verstraeten en een kamer in de pastorij . In 1919 kochten de Zusters het huis naast dat van weduwe Pauwels en richtten het in als klooster met kapel . Vier jaar later waren de klassen gecentraliseerd rond het klooster, op de plaats van de huidige kleuterschool. Veel kinderen van Klein-Mechelen gingen naar de scholen van Eikevliet, voornamelijk omdat Klein-Mechelen parochiaal onder Eikevliet viel en de kinderen-communicanten hier hun catechismuslessen volgden. Op 4 februari 1918 bereikten het gemeentebestuur en het schoolcomité van Eikevliet , bestaande uit voorzitter en bestuurster van de school Maria Kesters , pastoor Blocquaux , rentmeester Thielemans en Joanna De Smet , de volgende overeenkomst: “De gemeenteraad van Hingene neemt voor een termijn van tien jaar de meisjesschool van Eikevliet aan, bestuurd door Maria Kesters , religieuze onderwijzeres der Christelijke Scholen. Deze aanname vangt aan met terugwerkende kracht op 1 oktober 1917 en eindigt op 1 oktober 1927 . Gedurende deze periode verplicht het bestuur van de school zich de bepalingen na te leven die vermeld staan in artikel 15 van de organieke wet op het lager onderwijs. De gemeente zal betalen: 1 . Aan elke zuster onderwijzeres een jaarwedde van 1100 frank, maandelijks uitbetaald tegen kwijting van de schatbewaarder van het schoolcomité. 2 . De bestuursvergoeding door de wet vastgesteld. 3 . Aan elk lid van het religieus personeel de drie jaarlijkse verhogingen van 50 frank bepaald in artikel 30 van de organieke wet, uitbetaald in de loop van het tweede trimester van het schooljaar. 4 . Voor de schoolbehoeften 2 frank per leerling die volgens de wet er recht op heeft, alsmede 1 frank per meisje recht hebbende op de kosteloze benodigdheden voor het naaldwerk, uitbetaald in de loop van het tweede trimester van het schooljaar voor het aantal leerlingen dat recht heeft op kosteloze schoolbehoeften en die de school minstens gedurende een trimester hebben bijgewoond. Indien de gemeenteraad verlangt dat leerlingen die geen recht hebben op kosteloos onderwijs toch kosteloze schoolbehoeften en benodigdheden voor het naaldwerk zouden ontvangen, zal hij voor dezen dezelfde vergoeding toestaan. 5 . Voor het onderhoud van de schoolmeubelen, verwarming en reiniging van de schoollokalen 120 frank per klas. 6 . Voor de prijzen 50 frank.” Vanaf 1 januari 1922 ontving de meisjesschool een subsidie van 1.000 frank voor het inrichten van een huishoudklas en jaarlijks 300 frank voor noodzakelijke onkosten. In de zitting van 12 september 1927 nam het gemeentebestuur de meisjesschool opnieuw aan voor een periode van 10 jaar. De overeenkomst was als volgt: De gemeenteraad van Hingene , vertegenwoordigd door burgemeester Willem Van Kerckhoven en gemeentesecretaris Edmond Mees enerzijds, en het schoolcomité, bestaande uit pastoor en voorzitter eerwaarde Blocquaux , schoolbestuurster Celestina Peeters , onderwijzeres Paulina Janssens en Joanna De Smet anderzijds, kwam overeen: 1 . De gemeenteraad neemt voor een nieuwe termijn van tien jaar de meisjesschool van Eikevliet aan, bestuurd door Celestina Peeters , religieuze onderwijzeres der Christelijke Scholen van H. Jozef Calasanz . Deze aanname begint op 10 oktober 1927 en eindigt op 10 oktober 1937 . 2 . Gedurende deze periode verplicht het schoolbestuur zich de bepalingen van artikel 15 van de Organieke Wet op het Lager Onderwijs na te leven. 3 . Voor de schoolbehoeften, inclusief naaldwerk, wordt 19 frank per leerling vergoed. Voor het onderhoud van schoolmeubelen en reiniging: 200 frank per klas. Voor verwarming wordt een vergoeding toegekend afhankelijk van de kolenprijs. Voor het geven van de vierde graad, huishoudkunde: 300 frank. In de zitting van 11 april 1931 werd de meisjesschool opnieuw aangenomen voor een periode van 10 jaar. In 1932 besloten de Zusters de speelplaats volledig te laten ommuren. Jules Meremans uit Puurs nam deze taak op zich voor 1.034 frank, en de Zusters vroegen een subsidie aan van 450 frank. De schoolkinderen droegen bij openbare gelegenheden een uniform : een blauwe rok met das. In 1957 werd de zwarte voorschoot vervangen door een blauwe . Tijdens de paasvakantie van 1956 werd met behulp van vrienden en buren de oude kleuterschool afgebroken en een nieuwe kleuterschool gebouwd met aanpalende speelplaats en afdak . Door het organiseren van een Vlaamse kermis , een wafelenbak en door giften kon deze nieuwbouw gerealiseerd worden. Tijdens de bouwwerken vond de bewaarschool onderdak in zaal ‘De Balans’ en een vrije klas in het leegstaande huis van L. Van Meulder in de Karel Suykensstraat. Echter, door de daling van het geboortecijfer en het afschaffen van de vierde graad werd het steeds moeilijker om de twee klassen van de lagere school in stand te houden. In 1960 telde men nog 37 leerlingen en 39 kleuters. Op 23 april 1961 bracht Eikevliet hulde aan zuster Beringaria voor haar 60-jarig kloosterjubileum . Tijdens de Eerste Wereldoorlog, op 30 oktober 1917 , kwam zij uit Kortenaken naar Eikevliet om daar haar leven te wijden aan de Eikevlietse jeugd. Van de bevolking kreeg zuster Beringaria zes nieuwe stoelen voor de zusterkapel en een ‘Kruisweg’. Op zondag 4 juni 1967 vierde men het gouden jubileum van de stichting van het klooster . Echter zou de communiteit in september 197 1 opgeheven worden. Zuster Assumpta en zuster Flora verhuisden naar Wintam. Enkel de kleuterschool bleef open als afdeling van de zusterschool van Wintam. Bij gebrek aan een eigen school gingen de lagere schoolmeisjes van 1971 tot 1975 naar de gemeentelijke jongensschool van het dorp. De schoolgebouwen en de grond waren eigendom van v.z.w. Parochiale Werken van de Dekenij Puurs .  Bron(nen): 200 jaar onderwijs te Hingene-Wintam-Eikevliet, Tentoonstellingbrochure, De Casteleyn vzw, 1997 Geschiedenis der Gemeente Hingene; Leopold Mees; 1894 175 jaar Zusters der Christelijke Scholen Vorselaar, Raf Vanderstraeten en Marij Preneel Van Eycke Tot Eikevliet, Danny Polfliet, Jaarboek Van De Vereniging Voor Heemkunde In Klein-Brabant Vzw, Jaargang 43, 2008